De Bazuin
Volle Evangelie Gemeente
Hoogeveen

Download de preek als PDF: Wandelen met God

Wandelen met God

In de natuur valt erg veel te genieten van wat er groeit en bloeit. Ik vraag me wel eens af: ‘zien alle mensen dat nou wel, en u, hebt u daar oog voor?’ Het is zo goed om de goede dingen die er zijn te zien, en om oog te hebben voor wat kleurrijk is. Om te zien wat leeft en wat gaaf is. Ook daar waar het nog niet zo zichtbaar is. Geniet je ook zo van je eigen natuur, daar zit ook veel kleur in. En als dat nog niet zo tevoorschijn gekomen is, heb je er dan oog voor dat God gelooft dat Hij je helemaal tot bloei kan laten komen? Het is heel verrassend om in je omgang met de Vader te ontdekken hoe mooi je wordt door Zijn woorden en door Zijn liefde. Daarom is het zo goed om Hem steeds beter te leren kennen als een Vader die Zijn geheimen van het leven persoonlijk aan jou bekend maakt. God staat nog veel te vaak bekend als een meedogenloze strenge heerser, bij wie je het haast niet goed kunt doen. Ik wil het graag met u hebben over het ware wezen van onze Vader. We lezen Micha 6:3-8. Mijn volk, wat heb Ik u aangedaan en waarmede heb Ik u vermoeid? Getuig tegen Mij! Immers heb Ik u gevoerd uit het land Egypte en uit het slavenhuis heb Ik u verlost; en Ik zond voor u heen Mozes, Aäron en Mirjam. Mijn volk, gedenk toch wat Balak, de koning van Moab, beraamde en wat Bileam, de zoon van Beor, hem antwoordde, van Sittim tot Gilgal, opdat gij het volle recht des Heren moogt erkennen. Waarmede zal ik de Here tegemoet treden en mij buigen voor God in de Hoge? Zal ik hem tegemoet treden met brandoffers, met éénjarige kalveren? Zal de Here welgevallen hebben aan duizenden rammen, aan tienduizenden oliebeken? Zal ik mijn eerstgeborene geven voor mijn overtreding, de vrucht van mijn schoot voor de zonde mijner ziel? Hij heeft u bekend gemaakt, o mens, wat goed is en wat de Here van u vraagt: niet anders dan recht te doen en getrouwheid lief te hebben, en ootmoedig te wandelen met uw God. Het gaat hier over mensen die een verkeerd beeld van God hebben. Over een God waar je vermoeid van raakt, van wie je van alles moet doen en ook heel veel moet laten. Maar, zegt God: Ik ben Degene die jullie uit het slavenhuis geleid, en van jullie vijanden verlost heb. Ook wij kunnen nog het idee van de Vader hebben, dat het zo moeilijk is om Hem te volgen omdat Hij zoveel offers van ons vraagt. Het is zo jammer dat juist daar, waar een overvloed van leven aangeboden wordt, dit zo vaak geroofd wordt door de duivel, met gedachten over moeite, offers en inspanning. Maar als jij zoveel moet offeren, zo vermoeiend veel moet geven, dan wordt het volmaakte offer van Jezus, die alles al gegeven heeft, ontkend! Als er steeds heel veel móet, en als er steeds sprake is van straf, dan krijg je de rol van een slaaf. Een slaaf wordt gestraft en heeft geen eigenwaarde, hij doet alleen de dingen die hij móet doen. Trouwens, dat God straft, komt in de hele grondtekst van de bijbel niet voor. Wat staat hier dan een geweldige belofte: Hij heeft u bekend gemaakt wat goed is en wat de Heer van je vraagt: je mag recht doen en ook jezelf recht laten doen. En getrouwheid liefhebben. Daar is ook zo’n behoefte aan, aan trouw. De Heer is Zèlf zo, en wat zingen we daar graag en veel over. En dan ‘ootmoedig wandelen met je God’. Gelukkig staat daar niet: rennen met je God. Nee, in alle stilheid en vertrouwen wandelen met je God. Hand in hand genieten, grootschalig, maar ook van de kleine details van het leven. Als je wandelt, zie je zoveel meer. Dat is zo als je kijkt naar de schepping, en dat is ook zo als je met God wandelt door een gedachtenwereld die je woorden van waarheid laat ontdekken waar je helemaal gaaf van wordt; waardoor je tot rust komt. Zo leren we ook steeds beter verstaan wat Gods Geest tegen ons zegt. Woorden krijgen dan hun oorspronkelijke glans en waarde weer terug. Een voorbeeld: Jezus zegt in Joh.13:34: Een nieuw gebod geef Ik u, dat gij elkander liefhebt. Als je dat nou niet goed verstaat dan kan dat heel vervelend overkomen, als een opdracht, je móet, of je wilt of niet, de ander liefhebben; een gebod is dan een bevel. Maar als je naar de oorspronkelijke betekenis gaat, kom je terecht bij ‘gebieden’, bij ‘bieden’, dan word je iets aangeboden. Zoals je kunt zeggen: ‘Ik kan je aanbevelen om te genieten van de mooie kleuren van de natuur’. Zó zegt Jezus dus: ‘Ik kan je aanbevelen om weer lief te hebben’. In de alleroudste betekenis betekent gebod ook: ‘ontwaken’, weer bijkomen, of ‘gewaar worden’. Wakker worden voor en door liefde. Weer oog krijgen voor wat lief heeft, wat de ander bemint en in zijn volle schoonheid ziet en tevoorschijn roept. Als ik bijkom, dan ben ik bewusteloos geweest, dan waren er zaken buiten mijn bewustzijn, die er wel waren, en die de Heer zo graag aan ons wilde vertellen en toevertrouwen. Heel vaak is liefde bij mensen verdwenen door teleurstelling, wantrouwen, een negatieve sfeer en roddel. Als je dan de gedachte hebt dat God van je eist dat je lief moet hebben, dan kunnen mensen daar helemaal in vastlopen. Maar als je weer bijkomt, als je ontwaakt doordat iemand met zijn eigen warmte, jou wakker maakt, dan kom jij weer tot leven! Misschien vraagt u zich af: ‘hoe kan ik dan leren liefhebben?’ Dat leer je het beste als je jezelf laat beminnen. Als je toelaat dat er van je gehouden wordt, als je er voor kiest om de ogen open te doen voor de veelkleurige wijsheid van God. Zijn veelkleurige liefde, Zijn woorden. ‘Ik ga in op dat gebod van God; je wordt door Hem wakker gekust! Helaas hebben veel mensen de gedachte dat God perfectie van je eist om geaccepteerd te worden. Maar dat heeft niets met liefde te maken. Men probeert dan om het Hem naar de zin te maken, of door veel te bidden Hem tot andere gedachten te bewegen. Maar dat lukt je nooit, want onze Vader heeft alleen maar goede gedachten, daar hoef ik Hem niet toe te bewegen. Als wij zo nu en dan in de natuur wandelen, dan neemt mijn vrouw steeds kleine blaadjes mee om die te drogen. Ze maakt daar dan heel mooie kaarten van. Ze heeft oog voor het kleine.Zo doet onze Vader dat ook. Je denkt misschien: ik ben klein’, maar daarom ben je nog niet gering. Klein is niet synoniem aan ondeugdelijk. Het is synoniem aan teder, gaaf, aan zuiver en aan ontwikkeling. Laten we afstappen van verkeerde begrippen, van beperking en van een verkeerd Godsbeeld. Dat je steeds meer wakker wordt van wat Gods Geest in mij legt aan leven. Dan heb je niet alleen de gedachte: wat hebben we toch een goede gave God, maar ook: wat ben ik een gave schepping. En wat werkt Hij daaraan mee om dat te ontwikkelen en te ontplooien, je gaat dan ook heel anders kijken. Als je vindt dat iemand anders niet goed functioneert, dan haal je dat uit de verwijtsfeer en breng je het binnen kansensfeer. Dan heb je de kans om met datgene wat jij wel ziet en wat de ander helaas nog niet ziet, om de ander daarmee góed te doen. Paulus zegt in Filipenzen 3:15: En indien gij op enig punt nog anders gezind zijt, God zal u ook dat openbaren; maar hetgeen wij bereikt hebben, in dat spoor dan ook verder. Dus niet: ‘dat moet en zal hij weten’, maar de God van openbaring zal ook dat wel duidelijk maken. Als je de taal van God proeft en je gaat daarop in, dan wordt dat ook je gezindheid. Dan ga je ontdekken en ook zelf openbaren hoe God werkelijk is. Nog zo’n ontdekking in Matth. 24:40 en 41: De één wordt aangenomen, de ander wordt achtergelaten. Dat lijkt dan weer op een harde God van willekeur. Maar in de grondtekst staat: De één kan blijven staan, de ander wordt meegesleurd. Dan blijkt dat het gaat over het feit of je een fundament, een houvast hebt of niet. Als je levenshuis op de rots Jezus is gebouwd, dan word je niet meegesleurd. In Exodus 4:5 staat: Ik zal de ongerechtigheid van de vaderen bezoeken aan de kinderen tot in het derde en vierde geslacht van hen die Mij haten. Die tekst heeft veel kwaad gedaan, want het bezoeken en straffen gaat dan steeds door tot zelfs in het derde en vierde geslacht als je God haat. Maar dat betekent het helemaal niet! Er staat wel ‘bezoeken’, maar dat betekent drie dingen: rechtzetten, opzoeken, uitdelgen. Dus wat staat er nou eigenlijk? Dat, als er dingen verkeerd gaan binnen een geslacht, dan zal God dat tot in het derde of vierde geslacht uitzoeken, rechtzetten en uitdelgen. Dus wat niet deugt, wat verkeerd gegaan is, verkeerde gedachten waardoor ze God zijn gaan haten, dat wordt door Jezus en de Vader uitgezuiverd! God zegt: ‘Ik, met Mijn inzet, ben bezig om uit te zuiveren wat niet juist is binnen dat geslacht, en ga zo door tot zelfs in het derde of vierde geslacht, om het weer helemaal zuiver te krijgen. Dat past ook bij onze Vader. We hebben geen God die achtervolgt. In Exechiël 18 zegt God: Hoe kom je er toch toe het spreekwoord te gebruiken: de vaders hebben onrijpe druiven gegeten en dat heeft de tanden van de kinderen aangetast. Hij zegt verder: Iemand gaat ten onder aan zijn eigen zonde, en dat heeft niets te maken met wie je ouders zijn of van wie jij een kind bent. Daarom: bekeer je opdat je leeft! Neem dus niet de lasten en zonden van je voorgeslacht op je schouders. God bezoekt, Hij zoekt je op in je leven waarin je veel moeite hebt door verkeerde gedachten en onderdrukking. Dan komt Hij met goede gedachten totdat het laatste restje van kwaad eruit verdwenen is. Dat is het gebod van God om op die manier lief te hebben. Dan ben je geen slachtoffer meer van het verleden, maar dan bouw je samen met de Heer aan een nieuwe toekomst. Je krijgt door Gods Geest een heilzame manier van denken. Zo is er ook een gedachtengang over de gemeente die opstijgt en die de anderen achterlaat, die Jezus nog niet aanvaard hebben. Maar het evangelie zegt precies het omgekeerde. Jezus laat je niet in de steek. Hij komt juist naar het verlorene toe. Hij zegt in Joh. 10:16: Nog andere schapen heb Ik die niet van deze stal zijn; ook die moet Ik leiden en zij zullen naar Mijn stem horen, en het zal worden één kudde en één herder! God wil samen met Jezus en zijn gemeente bezig zijn om goed te doen, om relaties te herstellen en in de goede verhouding te brengen. De gemeente is de vertegenwoordiging van de Heer die het verlorene niet in de steek laat, maar juist opzoekt. Vaak wordt gedacht: ‘God laat zijn toorn los over mensen die het verkeerd gedaan hebben. Maar de betekenis van de toorn van God is: ‘het herstel van de oorspronkelijke verhoudingen!’ Dus God maakt de zaken weer zoals Hij ze van oorsprong bedoeld heeft, dus God en mens samen; daarom is Jezus ook een Middelaar. Hij brengt de mens weer thuis bij Vader. Hij rekent dan ook af met de vijand, de satan, de vader der leugen, die de mens bij zijn God heeft weggehaald. Daarom is het zo mooi dat er hier in dit Bijbelgedeelte uit Micha staat: Hij maakt je bekend wat God vraagt, recht te doen, want dat doet Hij ook. En liefhebben, want dat doe je uit een rein hart. Daarom noemt Jezus dat een nieuw gebod, een nieuw advies, dat je elkaar liefhebt. Als je deze dingen hoort, dan denk je misschien: ik heb voldoende reden om niet lief te hebben; ik heb voldoende reden om boos te zijn, want wat die ander mij heeft aangedaan is zo erg, dat ik dat nooit zal vergeven. Of: dan zal die persoon toch zelf een eerste stap moeten zetten. Tja, ik kan wel afwachten tot die ander verandert, maar dan word ik slaaf van het gedrag van die ander; en als dan die andere het dan goed gaat doen, dán heb ik het recht om dat ook te doen….. Maar Jezus deed dat anders. Hij deed mateloos goed, terwijl zijn omgeving Zijn woorden verkeerd uitlegde; men wilde niet luisteren en zocht Hem te doden. Maar Jezus bleef goed doen. Hij zegt in Matth. 6: 45,46: De Vader laat Zijn licht schijnen over bozen en goeden; als jij liefhebt die jou liefhebben, wat heb je dan voor? Dat is niet verkeerd, maar Hij zegt: ‘dat doen de tollenaars ook’. Jezus had ons al lief toen wij nog zondaren waren. Hij wil ons hetzelfde leren. Het probleem is vaak dat we het hebben over het verkeerde gedrag van de ander. Maar dáár moet je ook niet van houden! We moeten wat kwaad is ook nooit goed praten! Liefhebben is afkerig zijn van kwaad. Maar liefde kijkt verder, kijkt naar het wezen, naar de aard van de mens en tracht die tevoorschijn te roepen. En als er dan ontkenning komt, als het nog niet functioneert, dan mag ik toch medewerker van de Heer zijn door goed te doen en je vijand lief te hebben. Waarom? Omdat de Heer precies hetzelfde doet ten aanzien van jou. Hij wil zo graag dicht bij je komen. Mensen maken God vaak het verwijt veraf te zijn. Maar het is niet zo dat de bron ver bij de mensen vandaan gegaan is, maar dat de mensen zèlf de bron verlaten hebben. Vaak is dat gekomen door valse informatie, over een God waar je bang voor wordt, die slaat en vernietigt. Maar als je zuivere eerlijke informatie over Hem krijgt, van Hem Zèlf, dan leer je liefhebben. Liefde heeft als kenmerk dat ze zichzelf niet zoekt (1 Cor. 13:5), maar juist de ander. Wat is het dan goed dat je eerst leert accepteren dat God van jou houdt. Sommige mensen kunnen woorden van liefde haast niet aanvaarden. Waarom niet? Omdat ze juist op dat punt zoveel schade opgelopen hebben. Er wordt veel over liefde gesproken en gezongen, maar er zijn nogal wat zaken die liefde genoemd worden, maar die dat niet zijn. Dan gaat het niet om iets geven, maar dat er ten koste van jou iets gevraagd of geëist wordt. Maar Jezus heeft laten zien dat liefde de naaste geen kwaad doet, maar dat deze dienstbaar is. Je kan ook heel erg verlangen dat de Heer je gaat helpen, maar dat er dan steeds die onzekerheid is over wat Hij wil. Dan komen er veel onzekere vragen: ‘Heer, wilt U…..’. Maar Hij zegt hier: Ik heb u bekend gemaakt, o mens, wat Ik wil. Nu mag jij je gaan verdiepen in wat Ik jou wil geven. God is niet iemand die jou betaalt aan de hand van de dingen die jij gedaan hebt. Hij geeft Zijn gaven vooraf en om niet. Dat wil ik dan ook van Hem leren, om met dezelfde gezindheid met mensen om te gaan. Jezus is zo puur en zuiver in het geven. Hij zegt in Joh. 14:21: Wie mijn geboden heeft en ze bewaart, die is het die Mij liefheeft. Dus het is heel belangrijk dat ik Zijn geboden heb en bewaar; dat deze een deel van mijzelf worden. De Heer zegt: ‘Ik heb jou bekend gemaakt wat Ik wil, en nu mag jij ook bekend maken wat Ik wil. Ik heb het volste vertrouwen in jou, want Ik ken je naar je wezen. Jij mag Mijn gebod van liefde toepassen’. Je mag dan zelf investeren in leven en gerechtigheid, ik vind dat mooi hoor, om dat te leren en toe te passen; naar de ander en ook voor jezelf. Dan kom je helemaal uit de sfeer van eindeloze offers vandaan. God vraagt geen slachtoffers. In Hebr. 10:5 staat: Slachtoffers en offergaven hebt Gij niet gewild. Dat is nogal een uitspraak! En dat terwijl er zoveel geofferd is, hoeveel stieren en rammen zijn er niet geofferd? Daar bestond dan een hele dienst uit. We zouden kunnen zeggen: dat is nu gelukkig niet meer zo. Oh nee? Kijk maar om je heen hoeveel offers er nog gevraagd, geëist, geboden worden. Ook religieus, waar geloof alleen maar bestaat uit verplichtingen, dreiging en angst om fouten te maken. Maar de schrijver van de Hebreeën zegt: Al dat offeren kan nooit de zonde wegnemen. Daarom is het zo mooi dat dit principe van dat offeren doorbroken is door Jezus, als Hij zegt: Zie, hier ben Ik – in de boekrol staat van Mij geschreven – om Uw wil, o God, te doen. Zo heft Jezus het eerste (het offeren zonder effect) op, om het tweede (eens en voor altijd geheiligd zijn) te laten gelden. Door in die vrijheid te komen, word je steeds meer jezelf. Nu wordt er tegenwoordig veel gesproken over jezelf zijn en je te laten zien. Ook veel over jezelf vertellen. Nu kan dat heel goed zijn, als het maar op een veilige en vertrouwde plaats gebeurt. Ik heb mezelf, toen ik ongeveer 20 jaar was, voorgenomen om nooit meer iets over mezelf te vertellen. Want het is zo pijnlijk als je iemand in vertrouwen over je gedachten en problemen vertelt, en de ander vertelt dat geheim toch door. Dat wordt nog erger als je belachelijk gemaakt wordt. Maar als ik nu over mezelf praat, dan is dat heel anders. Hoe kan dat? Omdat ik tussen toen en nu de Heer ontmoet heb. Zijn liefde en acceptatie doen me zo goed, daardoor is het beeld van mezelf zo veranderd. Als er zaken in je leven misgaan, dan kun je zo’n verkeerd beeld van jezelf krijgen. Wat je beleeft, dat ben je niet altijd zelf, het kunnen ook zaken zijn waar jij slachtoffer van geworden bent. Dat kan te maken hebben met opvoeding of de familie of de plaats waar jij opgroeit. Het is goed dat de Heer je in Zijn licht van waarheid en liefde plaatst, van Zijn Geest aan je geeft, zodat je los komt van de conclusie dat je er nooit uitkomt. Tegenwoordig wordt er dan vaak gevraagd: ‘Hoe voelt dit, en wat doet het met je’, zorg dan dat je jezelf blijft. Laat niet de gebeurtenissen in je leven je richting bepalen, maar het spreken van de Vader. Bij Hem vind je een luisterend oor, een veilige plaats en goede adviezen. Als je ten einde raad bent, moe van het rennen en het vechten; als je ziet dat het helemaal fout gaat, of als je denkt dat dat nou eenmaal zo is…..; dan is het zo goed om thuis te komen bij een Vader die zegt: ‘Weet je wel hoeveel ik van je hou, Ik zie jou helemaal zitten. En de zaken die steeds fout gaan, ga Ik voor jou veranderen, door Mijn liefde en door de waarheid die Ik over je spreek. Zoals Jezus zegt in Johannes 15:3: Gij nu zijt rein om het woord dat Ik tot u gesproken heb. Want wie heeft tegen jou gezegd dat je altijd sterk moet zijn, dat je jezelf moet genezen en herstellen? De Heer zegt: ‘Mag Ik dat zijn met Mijn warmte, Mijn barmhartigheid en met Mijn liefde? Mag Ik dat zijn met Mijn soort gebod van liefhebben en Mijn soort van bezoeken om uit te delgen wat niet in jou bestaan hoort? Als je dat toelaat, dan word je daar zó mens van, dat schept zoveel ruimte. Dan word je ook zo onafhankelijk van de mening van mensen. Door het evangelie krijg ik een geborgenheid in de acceptatie van mijn Vader, die zijn weerga niet kent. Ik mag er zijn, misschien ben ik helemaal gewond, maar ik ben nu binnen de veilige muren van Iemand die mij heelt. Misschien heb ik in mijn leven weinig gekregen, maar ik ben nu binnen de veilige muren van Iemand die alles met me deelt. Weinig liefde ontvangen? Ik ben nu in een huis terechtgekomen dat een naam heeft: herberg, liefde, geborgenheid, van de Heer en van Zijn gemeente, want op die manier geeft Hij mensen aan elkaar. Dat is prachtig. Ik wil nu afsluiten met één ding, met een gebod, dit nu is mijn gebod: Dat gij elkander liefhebt! Amen.
Heer, wij danken en aanbidden U voor zoveel liefde, trouw en nabijheid. U bent een Vader bij wie het zo veilig is, die ons zó verwamt. U geeft zóveel kansen aan wie kansloos leken, hoop aan wie hopeloos leken. Ik dank U Heer, voor de manier van spreken die U zo eigen is. Ik dank U voor Uw gebod om lief te hebben, wat een geweldige aanbieding is om helemaal tot je recht te komen. Tot je recht te komen in samenleven, in samenhang, in samen liefhebben met U en met elkaar. Wat geeft U een overvloed en wat heerlijk dat wij daarvan mogen delen. Bedankt voor Uw nabijheid, uw begrip, voor troost en ontferming. Dank U wel Vader voor de wandeling die we met U hebben en waarbij U en wij elkaar dingen laten zien en ontdekken die zo waardevol zijn. Dank U dat U spreekt tot onszelf, over onszelf, over leven en warmte, over een plek waar je helemaal mens wordt. Amen

Jan Fluit

Alle preken